Componenten van de totale gereedschapswisselkosten
1) Kosten voor vervanging van gereedschap: De kosten voor de aanschaf van nieuwe snijgereedschappen ter vervanging van versleten of beschadigde gereedschappen. Deze kosten variëren afhankelijk van het type gereedschap, de kwaliteit ervan en de frequentie van vervanging. 2) Gereedschapsinstelkosten: uitgaven die verband houden met het opzetten en voorbereiden van nieuwe snijgereedschappen voor gebruik in het bewerkingsproces. Dit omvat de tijd en arbeid die nodig is om de gereedschappen op de juiste manier in de machine te installeren en de instellingen ervan aan te passen. 3) Onderhoudskosten gereedschap: De kosten die gepaard gaan met het in goede staat houden van snijgereedschappen om optimale prestaties en een lange levensduur te garanderen. Dit kan de kosten omvatten voor het slijpen, herslijpen, coaten of repareren van gereedschappen, indien nodig. 4) Kosten voor gereedschapslevensbeheer: kosten die verband houden met het bewaken en beheren van de levensduur van snijgereedschappen om hun efficiëntie te maximaliseren en uitvaltijd te minimaliseren. Dit kan de implementatie van gereedschapvolgsystemen, voorspellende onderhoudsstrategieën en technieken voor optimalisatie van de standtijd van het gereedschap inhouden.