Een tweedimensionale, onsamendrukbare stroming waarbij alle stroomlijnen rechte lijnen zijn die uit een centraal punt komen en de snelheid langs elk van de stroomlijnen omgekeerd evenredig varieert met de afstand vanaf het centrale punt. Zo'n stroom wordt een bronstroom genoemd. In een bronstroom worden de stroomlijnen weggeleid van de oorsprong en is de tangentiële snelheid nul.
De kracht van de bron is fysiek de snelheid van de volumestroom vanaf de bron, per diepte-eenheid loodrecht op de pagina.