De osmotische druk wordt berekend met de formule π = ρ * g * h π = osmotische druk ρ = dichtheid van oplossing g = Gravitatieversnellingsconstante h = evenwichtshoogte van oplossing
De osmotische druk is evenredig met de concentratie van opgeloste deeltjes ci en is daarom een colligatieve eigenschap. Net als bij de andere colligatieve eigenschappen, is deze vergelijking een gevolg van de gelijkheid van de chemische potentialen van de twee fasen in evenwicht. In dit geval zijn de fasen het zuivere oplosmiddel bij druk P en de oplossing bij totale druk (P π).