De kromming van een cirkelboog wordt perfect bepaald door de straal. Waar de straal echter lang is (snelwegen), is het midden van de bocht onbereikbaar of afgelegen. In dat geval heeft de straal geen waarde voor landmeetkundige operaties, hoewel hij nog steeds nodig is bij bepaalde berekeningen; het moet worden vervangen door een ander kenmerk van de curve dat het nuttigst is. De veelgebruikte eigenschap staat bekend als mate van kromming.