De wet van Beer-Lambert is nuttig bij het berekenen van de concentratie van een oplossing op basis van zijn lichtabsorptie. Deze wet relateert de intensiteit van het doorgelaten monochromatisch licht aan de concentratie van de oplossing en de dikte van de cel waarin de oplossing wordt bewaard. De molaire extinctiecoëfficiënt van een stof kan als volgt worden bepaald met een colorimeter of een spectrofotometer. De absorptie van een oplossing wordt gemeten bij verschillende bekende concentraties met behulp van een cel met bekende dikte (l). De grafiek van de absorptie, A tegen de concentratie van de oplossing, c geeft een rechte lijn en de helling is gelijk aan εl.
In de fotochemie bestuderen we de absorptie en emissie van licht door materie. Het bestaat uit de studie van verschillende fotofysische processen en fotochemische reacties. Twee belangrijke fotofysische processen zijn fluorescentie en fosforescentie. Tijdens fluorescentie vindt lichtemissie plaats in aanwezigheid van exciterende straling; maar de lichtemissie stopt zodra de opwindende straling is verwijderd. In tegenstelling hiermee vindt tijdens fosforescentie lichtemissie ook plaats na het verwijderen van de exciterende straling. Bij fotochemische reacties krijgen de stoffen de nodige activeringsenergie door lichtabsorptie. Dit staat weer in tegenstelling tot de thermische reacties waarbij de reactanten hun activeringsenergie verkrijgen door botsingen tussen moleculen.